Met of zonder huwelijkse voorwaarden, in beide gevallen moet je samen aangifte doen voor de belastingen. Daarvoor kun je dus geen keuze maken in voorwaarden bij de notaris. Maar huwelijkse voorwaarden hebben wel een paar andere fiscale gevolgen.
1. Met huwelijkse voorwaarden beschermd tegen belastingschulden
Stel je gaat trouwen en je aanstaande echtgenoot heeft een belastingschuld uit het verleden. Of je echtgenoot maakt tijdens het huwelijk schulden bij de belastingdienst. Denk bijvoorbeeld aan de BTW die je partner als ZZP’er moet afdragen. Een schuld van voor het huwelijk valt niet in de beperkte gemeenschap van goederen maar de gemeenschap biedt er wel verhaal voor. Stel dat jij tijdens het huwelijk 1000 euro spaart uit je inkomen. De helft daarvan, dus 500 euro, is dankzij de beperkte gemeenschap van goederen ook van je partner. Dit betekent dat de belastingdienst er beslag op kan leggen voor een schuld die er al was vóór dat je ging trouwen!
Artikel 1:96 lid 1 en 3 Burgerlijk Wetboek:
Voor een schuld van een echtgenoot kunnen, ongeacht of deze in de gemeenschap is gevallen, zowel de goederen van de gemeenschap als zijn eigen goederen worden uitgewonnen. (enz) Het verhaal op de goederen van de gemeenschap voor een niet tot de gemeenschap behorende schuld van een echtgenoot is beperkt tot de helft van de opbrengst van het uitgewonnen goed. (enz)
Een belastingschuld die je echtgenoot maakt tijdens het huwelijk valt wel in de beperkte gemeenschap van goederen. Stel dat je ook nu 1000 euro spaart uit je inkomen tijdens het huwelijk. In dit geval ben je geen 500 euro maar die hele 1000 euro kwijt als de belastingdienst er beslag op legt. Het maakt dus niet uit of een belastingschuld ontstaat voor of tijdens het huwelijk. In beide gevallen ben je beter af met huwelijkse voorwaarden.
Artikel 1:94 lid 7 Burgerlijk Wetboek:
De gemeenschap omvat, wat haar lasten betreft, alle vóór het bestaan van de gemeenschap ontstane gemeenschappelijke schulden, alle schulden betreffende goederen die reeds vóór de aanvang van de gemeenschap aan de echtgenoten gezamenlijk toebehoorden, en alle tijdens het bestaan van de gemeenschap ontstane schulden van ieder van de echtgenoten (enz)
2. Minder erfbelasting met een finaal verrekenbeding
Stel dat je huwelijk stand houdt tot het overlijden. De inhoud van je huwelijkse voorwaarden heeft in dat geval fiscale gevolgen voor de erfbelasting. Normaal gezien erft de langstlevende jouw hele vermogen. Voor de omvang van dat vermogen maakt het uit of je een beperkte of algehele gemeenschap van goederen hebt of helemaal geen gemeenschap van goederen. Stel dat jij meer vermogen hebt dan de langstlevende. In dat geval had je voor de erfbelasting het liefste een algehele gemeenschap gehad. Daardoor is jouw vermogen lager en gaat de erfbelasting omlaag. Hetzelfde effect heb je met een finaal verrekenbeding bij overlijden.
Tip: in het menu onder voorbeelden vind je meerdere gratis modellen waarmee je zowel het eerste als het tweede punt kunt regelen (dus geen verhaal bieden voor elkaars schulden en wel erfbelasting besparen).